Pijn in bil en heup

Opgelet: Dit is een verouderd artikel uit ons archief. De inhoud kan inmiddels niet meer van toepassing zijn.

Wat is het?

Er zijn heel wat oorzaken voor pijn in de bil en in de heup. Daarom maakt men vaak een onderscheid tussen problemen in de heup zelf of problemen daarbuiten die ook pijnklachten (uitstralende pijn) geven in bil of heup. Omdat uitstralende pijn meestal voorkomt op een plaats waar het letsel niet zit, is het zoeken naar de oorzaak vaak moeilijk. Uitstralende pijn vindt zijn oorzaak vooral in de onderrug en het bekken.

Hoe kun je het herkennen?

Heupafwijkingen
Gewrichtsontsteking (artritis) of artrose van de heup begint meestal in de lies en straalt uit over de voorzijde van de dij tot juist boven de knie. De klachten nemen toe bij stappen en lopen en verbeteren in rust. Ingeval er kleine, losse stukjes kraakbeen in het gewricht (gewrichtsmuizen) zitten, ontstaan er plotse, hevige pijnscheuten. Je kunt ook een wankel gevoel hebben tijdens het aflopen van een trap. 
Ontsteking van een slijmbeurs (bursitis) lokt eerder lokale pijn uit, dikwijls aan de buitenzijde van de dij of ter hoogte van het zitbeen.
Pijn in de lies en hinken bij kinderen wijst dikwijls op een ernstige aandoening, zoals een gewrichtsontsteking, ontwrichting of aangeboren afwijking.
Spierletsels zoals verrekkingen of scheurtjes zijn gemakkelijker te herkennen. Ze ontstaan meestal plots met een hevige pijnscheut ('zweepslag'), en de pijn zit precies op de plaats van het letsel zonder uitstraling.

Afwijkingen van de onderrug
Ter hoogte van de onderrug kan afklemming ontstaan van de zenuwwortels. De oorzaak kan liggen bij een gescheurde tussenwervelschijf (hernia). De pijn doet zich dan eerst in de onderrug voor om daarna uit te stralen langs de betrokken zenuw (ischiaspijn). Het patroon van de klachten hangt af van de plaats waar de zenuwwortel in de rug gekneld zit (uitgedrukt als bvb L3, derde lendenwervel of S1, eerste heiligbeenwervel). Naast de pijn kunnen ook andere klachten optreden zoals dove zones (voosheid), tintelingen, pijnscheuten en krachtverlies. Afklemming van zenuwen kan ook ontstaan doordat de wervels te dicht op elkaar zitten, zoals bij gevorderde artrose. Hierdoor zijn de openingen waar de zenuwen door moeten te smal (stenose). Dat kan pijn en gevoelloosheid geven in een of beide benen. De klachten worden erger bij staan en stappen, en verdwijnen in zithouding.
De pijn kan ook ontstaan in de gewrichten tussen het bekken en het heiligbeen. In dat geval zit de pijn vooral in de bil en wisselt soms van kant, nu eens rechts en dan weer links. Na rust voelt de onderrug stijf aan. De pijn neemt toe met bewegen. Dit komt nogal eens voor bij de ziekte van Bechterew. Naast de onderrug zijn dan ook andere gewrichten aangetast.

Afwijkingen van de bekkenorganen
De pijn kan ook afkomstig zijn van de organen van het bekken, bijvoorbeeld bij bloedingen, abcessen en gezwellen van de prostaat bij de man en van de baarmoeder bij de vrouw. Ook een normale zwangerschap kan pijn in bil en heup veroorzaken. Bij vernauwing of verstopping van de grote slagaders in het bekken treedt pijn op tijdens het stappen (claudicatio), die in rust verdwijnt. Hoe korter de afstand die je kunt stappen zonder pijn, hoe ernstiger de vernauwing.

Hoe stelt je arts de aandoening vast?

Je arts start steeds met een onderzoek van heupgewricht en wervelzuil. Bij artrose en artritis is er een typisch patroon van bewegingsbeperking, anders dan bij slijmbeursontsteking. Naast beweeglijkheid test hij ook kracht, gevoeligheid en reflexen. Verstopping van de slagaders stelt hij vast door de afwezigheid van pulsaties in lies, kniekuil, enkel en voetrug. Afhankelijk van je klachtenpatroon en van eventuele andere klachten of aandoeningen overweegt hij welk beleid bij jou verder wordt gevolgd.
Bij twijfel stuurt hij door voor aanvullend radiologisch onderzoek. Een CT-scan gebeurt enkel wanneer de arts vermoedt dat een chirurgische ingreep nodig zal zijn. Denkt hij eerder aan een onderliggende reumatische aandoening, dan kan hij een bloedonderzoek aanvragen. Is er een vermoeden dat de oorzaak in het bekken ligt, zal hij je doorverwijzen naar een specialist.

Wat kun je zelf doen?

Bij een ontsteking van het heupgewricht moet het gewricht ontlast worden. Dat staat echter niet altijd gelijk aan niet bewegen. Zit de oorzaak in de onderrug, dan is gedoseerd bewegen zelfs aanbevolen. In beide gevallen is overgewicht nadelig. Probeer dus steeds je gewicht onder controle te houden en zo nodig af te vallen. Voor spierletsels zoals verrekkingen en scheuren ga je best naar een kinesitherapeut.

Wat kan je arts doen?

Bij gewrichtsontsteking zal je arts rust en een ontstekingsremmer (ibuprofen, naproxen of diclofenac) voorschrijven. Hij zal een reumatische ziekte uitsluiten, want die vereist een onderhoudsbehandeling.
Een slijmbeursontsteking reageert meestal niet goed op ontstekingsremmers. Een of meerdere inspuitingen met cortisone in de slijmbeurs kunnen helpen.
Bij rugproblemen ligt de nadruk meer op bewegen, oefenen, correcte houding en zo nodig pijnstilling. Pijnstilling wordt steeds trapsgewijs opgebouwd: eerst paracetamol, en dan pas meer verdovende pijnstillers.
Bij ischias zijn epidurale infiltraties ('rugspuiten') dikwijls zeer efficiënt (zie lagerugpijn).
Oorzaken in het bekken vragen dikwijls een chirurgische ingreep. Verstopte slagaders kunnen worden opengemaakt door plaatsing van een stent of een nieuw tussenstuk.

Meer weten?

http://www.uzleuven.be/acute-rugpijn
http://www.uzleuven.be/chronische-rugpijn

Bron:http://www.gezondheidenwetenschap.be/richtlijnen/pijn-in-bil-en-heup

Geplaatst: 2015/04/18